Cursus kunstgeschiedenis Amsterdam najaar 2019
26+27/09 Leonardo da Vinci 1452-1519 (Louvre 24/10-24/02)
Vijfhonderd jaar geleden overleed Leonardo da Vinci, schilder, beeldhouwer, architect, uitvinder, kortom Uomo Universale van de Hoge Renaissance. En dat wordt gevierd met tentoonstellingen in onder andere Parijs, Oxford en Denver.
03+04/10 Juwelen! (Hermitage 14/9-15/3)
Naar aanleiding van de gelijknamige tentoonstelling in de Hermitage een geschiedenis van sieraden in de 19e en 20e eeuw, van empire via Art Nouveau en Art Déco tot modern en postmodern.
10+11/10 Henri Matisse 1869 en de avant-garde: vloekende kleuren in de moderne kerk
Tachtig jaar was de befaamde avant-gardeschilder Henri Matisse toen de dominicaner monnik Marie-Alain Couturier hem vroeg een dominicaanse kapel in Vence geheel te decoreren. Couturier benaderde moderne kunstenaars voor nieuwe kerkgebouwen, onder het motto: liever een goede ongelovige dan een middelmatige gelovige kunstenaar. Dankzij Couturier kwamen de bekendste naoorlogse kerkgebouwen tot stand: de Notre-dame de Ronchamp van Le Corbusier, de Rothko-Chapel in Houston en de Notre-Dame de Toute Grâce, een totaal-modernekunstwerk met bijdragen van Georges Rouault, Jacques Lipchitz, Marc Chagall, Fernand Léger, Matisse en Germaine Richier.
Ook andere seculiere kunstenaars zetten zich in voor moderne kerken en synagogen, zoals bij Coventry Cathedral (Jacob Epstein, Graham Sutherland, Basil Spence, Benjamin Britten),, de B’nai Brith synagoge in Millburn, New Jersey (Robert Motherwell, Adolph Gottlieb, Herbert Ferber); de drie kapellen van Jean Cocteau, de kapel van Foujita, de Paaskerk in Zaandam (Karel Appel, Ed van der Elsken), beelden van Henry Moore en Ossip Zadkine en de vele kerkramen van Marc Chagall, Fernand Léger en Jean Bazaine.
17+18/10 Velázquez (Rijksmuseum 11/10–19/1)
Het absolute hoogtepunt van de Spaanse Gouden Eeuw vormt het werk van de uit Sevilla afkomstige Diego Rodriguez de Silva y Velázquez (1599-1660), leerling en schoonzoon van de invloedrijke schilder Francisco Pacheco, die hem aan het hof in Madrid introduceerde. Ook de machtige minister van koning Filips IV, graaf-hertog Olivares, kwam uit Sevilla en zo werd de getalenteerde Velázquez snel hofportrettist. In een reeks portretten en in het realistische Los borrachos (de drinkers, een groep boeren rond Bacchus) tussen 1623-29 raakte hij het laatste restje tenebrisme kwijt dat hij aan Caravaggio te danken had.
Het magnum opus van Filips IV was het buitenverblijf Buen Retiro, een uit vele gebouwen bestaand paleis dat 1632-35 werd aangelegd buiten Madrid. Voor het Casón, bestemd voor officiële ontvangsten, kregen de beste schilders van Spanje opdracht een gewonnen veldslag in de Dertigjarige of Tachtigjarige Oorlog te schilderen. Velázquez’ bijdrage was De overgave van Breda in 1625, waarop generaal Spinola de sleutels van de stad ontvangt uit handen van Jan van Nassau. Vélazquez schilderde voor dezelfde ontvangstruimte ook drie van de vijf ruiterportretten, van de koning en koningin, de kroonprins Balthasar Carlos en Filips III en diens echtgenote. In 1649 zond Filips IV Velázquez naar Italië om schilderijen voor zijn verzameling te kopen. Bij die gelegenheid ontstond het portret van paus Innocentius X, een van de mooiste portretten van Velázquez.
In de laatste negen jaar van zijn leven kwamen zijn beroemdste doeken tot stand: naast een serie portretten de befaamde Rokeby Venus (National Gallery) en Las meninas (de hofdames), bijnaam van De familie van Filips IV (1656-57), waarbij de schilder zichzelf aan de ezel uitbeeldt in een ingewikkeld geconstrueerde ruimte. Velazquez’ opvolger als favoriete hofschilder, de Napolitaan Luca Giordano (het Meesterwerk in de Nieuwe Kerk in 2019), noemde het ‘de theologie van de schilderkunst’.
07+08/11 400 jaar Batavia: Indië in Nederland
In de periode van symboliek en Nieuwe Kunst halen veel schilders, maar ook vormgevers en architecten, hun inspiratie uit het Oosten. Het onderscheidende van de Nederlandse Art Nouveau is batik, toegepast op leer, perkament, boekbanden en bekledingsstof. ‘Mooi Indië’ is overal. Het hangt aan de muur in de vorm van machtige landschappen met vulkanen of taferelen van ploeterende boeren achter een karbouw op de sawah. Het ligt in de kast, waar Hollandse ‘katoentjes’ zijn voorzien van batikpatronen. Het staat in de tuin, omdat Amsterdamse School-architecten Indische daken op paviljoens en tuinhuizen plaatsen. En het komt uit de radio, omdat componisten als Debussy zich laten inspireren door de muziek van gamelanorkesten die ze op wereldtentoonstellingen horen spelen.
14+15/11 Impressionistes: de muzen van Monet en Renoir (Monet in Giverny, HGM 12/10 – 2/2)
Honderd jaar geleden stierf Auguste Renoir. Vanaf 12 oktober is er een Monet-tentoonstelling in Den Haag. Lezing over de muzen van Renoir en Monet, vrouwen-vriendinnen-modellen, met de kinderen en de uiteenlopende gezinsvormen die daaruit voortkwamen.
21+22/11 Niki de St. Phalle (Nana’s aan zee, Beelden aan Zee 5/10-1/3)
Niki de Saint-Phalle (1930-2002) wordt in Parijs geboren in een illuster bankiersgeslacht, waarvan de stamboom tot in de Kruistochten reikt. Als driejarige verhuist ze met haar Franse vader en Amerikaanse moeder naar New York, waar ze de Heilig-Hart-kloosterschool bezoekt. In 1949 trouwt ze met de schrijver Harry Matthews, met wie ze twee kinderen krijgt. Het jaar daarop is ze weer in Parijs en werkt ze als chic fotomodel. In 1952, het jaar waarin ze op de omslag van Vogue verschijnt, krijgt ze een depressie die met elektroshocks wordt behandeld. Daarop begint ze te schilderen. In 1960 verlaat ze uiteindelijk man en kroost en gaat ze samenwonen en samenwerken met Jean Tinguely. Ze vinden elkaar in hun kritische houding ten opzichte van de maatschappij, die ze vormgeven in opvallend destructieve kunstwerken.
Nadat ze haar schietwerken (Tirs) vaarwel zegt, begint Saint-Phalle aan ronde, veelkleurige vrouwenfiguren die ze Nana’s noemt en die refereren aan oergodinnen. In 1966 maakt ze met Tinguely en Per Olof Uldvedt de installatie Hon, en katedrall in het Moderna Museet in Stockholm, in de vorm van een polyester vrouw van 23,5 meter lang, die 2000 bezoekers per dag ontvangt in haar ‘niet zo geheime opening’. Deze Hon (‘Zij, een kathedraal’) is van binnen uitgerust als leefomgeving: in een borst kan men melk nuttigen, in de andere zit een planetarium, in een arm kan men films kijken, enzovoort. Er gaan uiteindelijk 80.000 bezoekers in.
28+29/11 Space Age 1969: Apollo 11 en Pop Design
Vijftig jaar geleden stonden de eerste mensen op de maan en bereikte de ruimterage een hoogtepunt. Ik was 9 en had er veel speelgoed van. De benaming Space Age gaat grotendeels over de specifieke pop art-stijl in de architectuur (Montréal 67, Osaka 70) en in meubels (Panton, Aarnio, Paulin, lavalampen), maar ook de mode (Givenchy, Cardin, Paco Rabanne en Courrèges), Space Age-disco (fantastische ruimtekitsch-video’s) en, aan de geheel andere kant van het Koude-Oorlogslagveld, sovjet-architectuur.
12+13/12 Aïda en het Suezkanaal: egyptomanie 1869 (Toet Paris)
150 jaar geleden werd het Suezkanaal geopend met Verdi’s opera Aïda, wat een nieuwe hausse van egyptomanie ten gevolge had.
Na Napoleons veldtocht van 1798 was elke ‘Egyptische’ gebeurtenis aanleiding voor een Egypte-mode: Champollions ontcijfering van het hiërogliefenschrift, de oprichting van obelisken in Parijs, Londen en New York, de stichting van het Egyptisch Museum, de opening van het Suez-kanaal, Egypte-paviljoens op wereldtentoonstellingen, de opvoering van het ballet Cleopatra door de Ballets Russes, de ontdekking van het graf van Toet-anch-Amon, de King Tut-tentoonstellingen in de jaren zestig en zeventig: het leverde Cleopatra-schilderijen op, Cartier-broches, mummiefilms, Luxor-hotels… De egyptomanie lijkt zo eeuwig als het faraonisch Egypte zelf.
19+20/12 De schilder-theoloog: waar geloofde Rembrandt in?
Rembrandt was voorbestemd om theologie te gaan studeren, maar verkoos een opleding tot kunstenaar. Zijn vooropleiding, de Latijnse School in het rechtzinnige Leiden, verschafte hem wel een theologische basis van waaruit hij zijn interpretaties van zowel bijbelse vraagstukken als de 17e-eeuwse verhouding tussen kerk en staat, tussen preciezen en rekkelijkenen tussen goed en kwaad kon maken in schilderijen, tekeningen en etsen. Met evenveel recht en inzicht als een dominee…
donderdagavond in Huis van de Wijk Lydia (Tuinkamer), Roelof Hartplein 2a, van 20.00 tot 22.00,
vrijdagmorgen in MFC de Binnenhof (Theaterzaal), A.J. Ernststraat 112, van 9.30 tot 11.30, en
vrijdagmiddag in het Plein van Siena, Rijnstraat 109, van 12.15 tot 14.15
Voor een cursus van tien lessen betaalt u € 120,- tevoren over te maken op girorekening NL67 INGB 0003951370, ten name van M. Didier Amsterdam, onder vermelding van de gekozen locatie.
Het is altijd mogelijk om een les op een van de andere locaties te volgen als u verhinderd bent, zonder opgave.
Een halve cursus volgen kan ook: voor 5 lessen naar keuze betaalt u 75 euro.
Losse lessen in de cursus kunnen voor 17 euro bijgewoond worden.
U kunt zich inschrijven voor de cursus door een mail te sturen per contactformulier