Grigori Kohelet

Van Oezbekistan naar Israël naar Leerdam

Michel Didier 2000

Grigori Kohelet is een joods-Oezbeekse kunstenaar die nu een jaar in Nederland woont met zijn gezin. Ons gesprek vindt plaats in een kunstgalerie in Leerdam, waar tussen zijn schilderijen en collages en reliëfs ook wat glaswerk staat opgesteld; als er geen glas is, komt namelijk niemand in Leerdam een galerie binnen.
'Ik ben geboren in Ferghana in Oezbekistan, uit Oekraïense ouders. Zij zijn voor de Duitse invasie naar Oezbekistan gevlucht en daar gebleven. Mijn vader was officier in het Rode Leger, maar ook kunstenaar. Hij was beeldhouwer en maakte portretten en monumentaal werk. Hij tekende ook, in naturalistische stijl, klassiek maar heel mooi. Ik ben nu bezig zijn tekeningen via het Internet te verspreiden. Kunstenaars uit Ferghana zijn nu namelijk om de een of andere reden heel populair in Moskou en Sint-Petersburg. Kunstenaars en dichters, ik weet niet waarom. Ferghana is een enclave, ooit gesticht door een Russische generaal, Skobilov, in 1880. Qua opzet lijkt het op Sint-Petersburg: dezelfde planmatigheid. Het heeft tot 1924 zelfs Skobilov geheten. Er komen opvallend veel kunstenaars en dichters vandaan. In het voorwoord dat ik schreef in het boek van een vriend noem ik de speciale atmosfeer en de afzondering van Ferghana de oorzaak van het ontstaan van een kunstcentrum. Behalve schilderen dicht ik ook, in het Russisch. Mijn gedichten zijn erg populair in Moskou, Sint-Petersburg en Israël.
'Ik ben geboren in 1954, nog in de Stalintijd, toen het erg gevaarlijk was om voor je joodse afkomst uit te komen. Het was zelfs gevaarlijk om de Bijbel en de Talmoed te lezen. Maar mijn vader was net Don Quichotte, nergens bang voor en bracht de kinderen in Ferghana hun joodse cultuur bij.
Toen ik veertien was ging ik naar Tasjkent om te studeren, negen uur met de trein van Ferghana. Die studie bestond uit vier jaar middelbare school met de nadruk op kunst en vervolgens vijf jaar kunstacademie.
'Na mijn studie vestigde ik me als zelfstandig kunstenaar in Tasjkent. In 1990 emigreerde ik naar Israël. Daar kwam ik onder de indruk van het Hebreeuwse schrift. Ik gebruik het graag in mijn schilderijen. Ook signeer ik tegenwoordig in het Hebreeuws, gewoon omdat het zo mooi staat.
'Een jaar geleden kwam ik naar Amsterdam. Waarom? Vanaf het begin van mijn studie raakte ik geïmponeerd door de Renaissanceschilderkunst in de Nederlanden. Jeroen Bosch, de gebroeders Van Eyck, Vermeer Delftski en Rembrandt…zij schilderden de wereld zoals die was, niet zoals die zou moeten zijn. De schilders van de Italiaanse renaissance idealiseerden de wereld, zij schilderden de mensen veel te mooi. De Nederlanders lijken ook een grotere verbondenheid met de natuur te hebben, tenminste in hun schilderijen. Dat was ook een reden om naar dit land te komen: het schitterende vlakke landschap, dat ik me voorstel als een reusachtig palet waarop ik nieuwe composities kan maken.
'Sinds vorig jaar woon ik in Leerdam. De eerste tijd voelde ik me hier vreselijk opgesloten, omdat ik de taal niet spreek en erg geïsoleerd voelde in deze provinciestad. Maar gaandeweg begon ik de schoonheid te ontdekken van de heerlijke ruimte hier, het schitterende landschap met de mistflarden, de grillige boomtakken en omhoogreikende strodaken. In dit werk, dat ik 'My Windows' heb genoemd, heb ik allemaal kleine foto's van landschappen geplakt, onder andere van ramen in Samarkand en Leerdam, naast Japanse prenten en foto's van mezelf op verschillende leeftijden. De foto van Grigori op vijftienjarige leeftijd heb ik gebruikt oor een schilderij war ik mezelf met tvilni heb afgebeeld - zo noemen we een gebedskokertje op het voorhoofd met de torah. Een andere foto heb ik overlangs in tweeën geknipt en er horizontale strepen, als tralies, tussen geschilderd. De onderkant is het verleden, de losgekomen bovenkant de toekomst.
'Het verleden doet zich aan ons voor als een keten van transformaties die uit het niets ontstaat. Oude foto's en andere afgietsels van gebeurtenissen in het verleden weerspiegelen onze huidige wereld, leven voort en raken gecodeerd; ze doemen op in andere gedaanten, objecten met een ander ritme. Vergelijk het met de spiegelwereld van Alice in Spiegelland.
'Zo transformeert de natuur in Nederland zich op een wonderbaarlijke wijze met elke wisseling van het weer of van de getijden: de onbeweeglijke watervlakten van de Amsterdamse grachten of de getijdenwisseling rond de Waddeneilanden. Dit helpt mij weer mijn persoonlijke ruimte te ontdekken en werk te maken.
'Dit schilderij hier heb ik nu maar 'Back from a Dream' genoemd. Het is een van de werken waar ik in Oezbekistan aan ben begonnen, die ik heb meegenomen nar Israël en in Nederland bijna helemaal heb overgeschilderd. Delen geven nog een indruk van hoe ik vroeger schilderde: de figuren bijvoorbeeld heb ik nauwelijks overschilderd. In het midden zit een harlekijn die het leven contempleert. Na de voorstelling; het is dus zijn eigen, treurige gezicht dat hij laat zien. De rest van het schilderij is vooral nieuwe vorm en kleur waar je de oude textuur nog doorheen ziet.
'Way to paradise' is ook zo'n schilderij, waar de figuren nog in Oezbekistan zijn geschilderd. Ik heb er later een kooi omheen geschilderd en ze met riemen ingesnoerd, als in een dwangbuis. Verleden, heden en toekomst - ik laat graag allerlei dingen tegelijk zien. Dat is het mooie aan deze tijd; alles is vermengd. Mensen kijken niet langer naar alleen schilderijen met een schilderijenblik. Ze kijken niet alleen naar installaties met een blik die voor installaties is bedoeld. Ze krijgen een totaalindruk van verschillende dingen die ze gelijktijdig waarnemen en in zich opnemen.
'Omdat alle invloeden er samenkomen, werk en woon ik graag in Holland. Het schilderij 'De toren van Babel' van Jeroen Bosch bijvoorbeeld, dat in Rotterdam hangt, heeft een zeer interessante ruimte en atmosfeer. Het inspireert mij, maar ik neem alleen die atmosfeer over, niet de vorm. Hetzelfde geldt voor het schilderij 'De verloren zoon' van Rembrandt, dat in Sint-Petersburg hangt. Toen ik twintig was, zag ik de science-fictionfilm 'Solaris' van Andrej Tarkovski. Hij gebruikte een schilderij van Brueghel, jagers in de sneeuw, als inspiratie voor verschillende beeldcomposities. Op een dergelijke, indirecte manier doe ik dat ook.'

'In Tasjkent vierde ik wel joodse feestdagen als Chanoeka en Pesach, maar pas in Israël kwam ik ertoe om de torah te lezen. Tegenwoordig lees ik ook wel torah-uitleggingen. Dit werk, geschilderd op een collage van woordenboekpagina's en gedichten, stelt een vis voor met de Hebreeuwse tekst 'God schiep een grote vis in vijf dagen', naar de bekende tekst uit Genesis. En om deze, 'Raam op Jeruzalem', heb ik een psalm van David geschreven waarin een venster op Jeruzalem wordt beschreven.
'Iets ingewikkelder is deze 'Mirror of King David' met twee vogels en een torahtekst over Abraham er omheen. De tekst verhaalt van negen gedode dieren, die elk staan voor een land of volk: Egypte, Griekenland. De twee vogels, een oude en een jonge, stellen Israël voor. En natuurlijk staat mijn naam er ook in het Hebreeuws onder.'

http://www.ferghana.ru/gregory.html

NIW, 2000