Cursus kunstgeschiedenis
september-december 2023
in Amsterdam
28+29/09 Britse Bohème: Prerafaëlitische vrouwen
(The Rossettis, Tate Britain, 6/4-24/9)
De eerste 'beweging' in de Britse kunstgeschiedenis begon in 1848 met een groep jonge kunstenaars die 'middeleeuwse' idealen koesterden en zich daarom de Pre-Rafaëlitische Broederschap noemden. John Everett Millais, William Holman Hunt, Edward Burne-Jones, William Morris en vooral Dante Gabriel Rossetti vormden binnen de Britse kunstwereld een ook in sociaal opzicht radicale bohème, geïsoleerd van de vroeg-Victoriaanse samenleving. Verering van onbereikbare vrouwen ging hand in hand met nonchalante omgang met willige modellen.
Rossetti had een zus die als dichteres ver is gekomen (Christina Rossetti), een model dat leerling en echtgenote werd maar zich het leven benam en werd begraven met een dichtbundel die hij vele jaren later weer liet opgraven (Elizabeth Siddal), en een model annex minnares dat later William Morris huwde (Jane Burden), terwijl Millais in het huwelijk trad met de Schotse Effie Gray, nadat ze scheidde van John Ruskin, de inspirator van de Prerafaëlieten, omdat het huwelijk niet geconsumeerd was.
5+6/10 Schilders van de Méditerranée
(La Grande Bleue, Singer 12/9-7/1)
Vanaf omstreeks 1870 oefent de Middellandse Zeekust een grote aantrekkingskracht uit op kunstenaars. Aan de Zuid-Franse kust wanen zij zich in een aards paradijs. Daar slaan ze in relatieve afzondering en onder invloed van het intense licht, de scherpe contouren en de felle kleuren aan de Méditerranée ook in artistiek opzicht nieuwe wegen in. Met moderne schilderwijzen, een feller kleurgebruik en een uitgesproken vormentaal tot gevolg.
Corot, Puvis de Chavannes, Monet, Renoir, Van Gogh, Gauguin, Cézanne, Denis, Vallotton, Bonnard, Signac, Van Rijsselberghe, Cross, Matisse, Derain, Marquet, Picasso, Braque, Chagall, Soutine, Maillol...
12+13/10 De spirituele doeken van Hilma af Klint
(Kunstmuseum 7/10-25/2)
Het duurde even voor de wereld klaar was voor de kunstwerken van de Zweedse Hilma af Klint (1892-1944). Ze ging de opkomst van de abstracte kunst voor met haar vernieuwende en spirituele schilderijen. Dit jaar zijn ze te zien in Brussel, Londen en Den Haag. Tijdens haar studie aan de Academie in Stockholm leerde ze gelijkgezinde en spirituele vrouwen kennen met wie ze de groep "De fem" (De vijf) ging vormen. Het werk dat daaruit voortkwam werd een bijna geheime particuliere aangelegenheid. Ondertussen verdiende ze de kost met portretten en landschapsschilderkunst.
2+3/11 (Post)Impressionisten aan de Seine
(Van Gogh Museum 13/10-14/1)
Waarom schilderden de kunstenaars Van Gogh, Seurat, Signac, Bernard en Angrand aan de Seine vlak buiten Parijs? Omdat Monet, Renoir, Sisley, Manet en Morisot dat eerder deden...
In de 19de eeuw werden plaatsen vlak buiten Parijs beter bereikbaar via bruggen en treinen. Tegelijkertijd domineerden rokende schoorstenen van fabrieken steeds vaker de horizon. Impressionisten en post-impressionisten trokken naar de oevers van de Seine om te schilderen. Met hun ezel in het groen legden ze de veranderingen vast die de opkomende industrie met zich meebracht. Ze vonden er nieuwe, eigentijdse motieven en ontwikkelden hun kleurgebruik en schildertechnieken. Met name het industriestadje Asnières, waar Bernard bij zijn ouders woonde, was bepalend voor hun artistieke ontwikkeling.
9+10/11 Het jaar 1000: midden in de middeleeuwen
(Ottoonse kunst, RMO 13/10–17/3)
In de 10de en 11de eeuw verandert het Europese landschap ingrijpend, groeit de bevolking en worden burchten, kerken en paleizen gebouwd. De macht ligt bij bisschoppen, die verantwoorden aan een keizer in Duitsland en een paus in Rome. Internationaal is het een tijd waarin veel kennis wordt verwoord en verspreid en reizigers de wereld verkennen vanuit culturele centra op alle continenten: het Ottoonse keizerrijk, het Byzantijnse rijk, de Vikingen en het Arabische rijk. Bovendien is het bereiken van het jaar 1000 een echt ‘millennium-moment’ geweest, met angst en verwachting vooraf, en soms teleurstelling achteraf.
16+17/11 Geschiedenis in verf, zand en lood: Anselm Kiefer
(Voorlinden 14/10-25/2)
Met zijn eigenzinnige beeldtaal en gelaagde verwijzingen naar geschiedenis, mythologie en literatuur heeft Anselm Kiefer in vier decennia een oeuvre van grootse proporties opgebouwd. Kiefers leven begon op het moment dat de oorlog ten einde kwam. Dit historische kantelpunt vormt de rode draad in zijn leven. Hij was eind jaren zestig een van de eerste Duitse kunstenaars die de recente geschiedenis onder de loep nam. Toch overstijgt zijn werk dit thema: hij is vooral gefascineerd door tijd en de continuïteit van de geschiedenis. Met olieverf, aarde, lood, fotografie, houtsneden, zand, hooi en andere natuurlijke materialen vervlecht hij complexe historische gebeurtenissen, Germaanse mythologie, alchemie en poëzie tot werken die ons collectieve geheugen aanspreken.
23+24/11 De modellen van Jan Sluijters
(Tonia. Model en activiste, Singer 17/10-1/2024)Jan Sluijters stond bij het grote publieke vooral bekend als 'vrouwenschilder'. Sluijters schilderde vrouwen en meisjes van alle leeftijden. Van kleine kinderen die zijn muze waren, jonge vrouwen die zijn minnares waren tot dames uit gegoede kringen die model zaten. Over zijn naaktmodellen schijnt hij gezegd te hebben: ‘Als ik ze geschilderd heb, wil ik ze niet meer en als ik ze wil, kan ik niet meer schilderen'. Het ging hem om de psyche van de vrouwen, maar dan wel van mooie vrouwen. Naast zijn tweede vrouw Greet was zijn favoriete model Tonia Stieltjes. Deze flamboyante vrouw was goed bevriend met Piet Mondriaan in de tijd dat ze met haar echtgenoot Wim Stieltjes in Parijs woonde. Sluijters was gefascineerd door Tonia’s uitstraling en vooral door haar lichtbruine huidskleur, die op sommige van zijn schilderijen fraai contrasteert met een van zijn roomblanke modellen. Tonia was in haar tijd geen universele schoonheid, maar Sluijters raakte niet op haar uitgekeken. Zelf omschreef hij in 1937 wat hij precies in modellen zocht: ‘De mooiste vrouwen zijn niet onze liefste modellen. Wat men noemt een grote schoonheid, wat op het eerste gezicht ook vaak heel aangenaam is om naar te kijken, dat wordt, als wij het willen schilderen, dikwijls saai en vervelend’.
Critici vergeleken de donkere vrouwen van Sluijters met vampiers: "Haar rode mond is de verboden vrucht die [...] lokt in het donkere gelaat. Het gouden naakte lijf onder den doorschijnend roode sluier is het geweldige vleesch in al zijn verschroeiende glorie."
30/1+1/12 De speelse beelden van Tom Claassen
(Beelden aan Zee 11/1-10/3)
Sculpturen van Tom Claassen (1964) bevinden zich overal in Nederland in de publieke ruimte. Hun steevast grote formaten zorgen ervoor dat je als kijker - letterlijk - niet om ze heen kunt. Die nadrukkelijke aanwezigheid, die gemakkelijk als megalomaan zou kunnen worden ervaren, heeft een relativerende tegenpool in de humoristische wijze waarop hij zijn onderwerpen vormgeeft. Het gaat hoofdzakelijk om mens- en dierfiguren, sterk vereenvoudigd of zelfs cartoonesk, uitgevoerd in uiteenlopende materialen als brons, hout, rubber, jute, aluminium, kunststof en beton. Behalve iets grappigs hebben veel beelden ook iets onbeholpens en tragisch. Met hun doorgaans slappe lappenpopachtige voorkomen is het haast alsof ze onder hun eigen gewicht bezwijken. Claassen maakte meer dan dertig sculpturen voor de openbare ruimte, waaronder Paard in Utrecht (1996), Olifanten langs de A6/A27 bij Almere (1999-2000) en Twee ezels in Apeldoorn (2011). Ook maakte hij verschillende beelden voor de nieuwe luchthaven van Katar.
7+8/12 Picasso in de overgang
(Museo Thyssen, 14/10-14/1)
Picasso woonde zijn hele volwassen leven in Frankrijk en voelde zich geroepen om zijn Spaanse identiteit te benadrukken. Hoewel hij als kind en jongere in Spanje al stierengevechten had geschilderd, schilderde en etste hij in Parijs er hele series van. Picasso zei: “Het leven van de Spanjaarden bestaat uit de mis in de ochtend, het stierengevecht in de middag en het bordeel in de avond.” Volgens Picasso waren alle drie een vlucht voor het verdriet. De stier staat in zijn werk vaak symbool voor geweld en liefde. nadat hij in 1914-18 het oorlogsgeweld was ontvlucht, vatte hij een grote liefde op voor de Franse zuidkust, waar hij uiteindelijk ook zou blijven wonen. In de jaren twintig kwam hij in contact met het surrealisme, dat in navolging van Freud Griekse mythen verwerkte als symbolen voor het onbewuste. In de combinatie van man en stier zag Picasso zijn eigen tragiek en in afbeeldingen van de gewonde, door vrouwen nagestaarde Minotaurus zijn twijfel aangaande zijn viriliteit nu hij de middelbare leeftijd had bereikt.
Picasso schilderde de mythische Minotaurus in meer dan 70 schilderijen. Kracht en kwetsbaarheid, dader en slachtoffer, natuur en cultuur, angst en moed, de Minotaurus stond in het werk van Picasso ook voor de tegenstellingen in het leven. In 1960 zei hij: “Als alle wegen die ik heb gevolgd op een kaart waren aangegeven en met een lijn waren verbonden, zou het de tekening van een Minotaurus kunnen vormen.”
14+15/12 Art Nouveau in Brussel
(130 jaar Art Nouveau)
In 1893 werd in Brussel het huis Tassel gebouwd, waarmee Victor Horta het allereerste echte Art Nouveau-gebouw ter wereld neerzette. Twee opeenvolgende, zeer ambitieuze burgemeesters maakten van de Belgische hoofdstad een moderne wereldstad naar Parijs' model, met warenhuizen, theaters, winkelstraten én luxe woningen voor de welgestelden, zowel appartementsgebouwen als herenhuizen in de nieuwste stijl, de eerste niet-neostijl van de negentiende eeuw, van elk modern gemak voorzien. Nu koestert Brussel zijn Art Nouveau, waarvan vooral de overgebleven, spectaculaire interieurs de uitzinnige smaak en weelde van de Belle Époque weerspiegelen.
donderdagavond in Huis van de Wijk Lydia, Roelof Hartplein 2a, van 20.00 tot 22.00
vrijdagmorgen in MFC de Binnenhof, A.J. Ernststraat 112, van 10:00 tot 12:00
vrijdagmiddag in het Plein van Siena, Rijnstraat 109, van 12.45 tot 14.45
Voor tien colleges betaalt u € 130,- tevoren over te maken op NL67 INGB 0003951370,
ten name van M. Didier, graag met vermelding van de gekozen (hoofd)locatie.
Een halve cursus volgen kan ook: voor 5 lessen betaalt u dan 85 euro. Een losse lezing kunt u voor 20 euro bijwonen.
U kunt zich inschrijven voor de cursus door een mail te sturen per contactformulier
Een voorbeeld van een online-college vindt u hier. (Vrouwen in Pop Art)
Een voorbeeld van een college, maar dan vooraf opgenomen, vindt u hier. (Fluxus)
[/vc_column_text][/vc_column][/vc_row][vc_row][vc_column]