Cursus kunstgeschiedenis
januari-maart 2024
in Amsterdam


zie vooral de nieuwe website: Kunstgeschiedenisamsterdam.nl

 

 

College 1
1900. ‘Mooi Indië’ – de Indischisten

donderdag 11 en vrijdag 12 januari 2024

(De Grote Indonesië-tentoonstelling, Nieuwe Kerk, Amsterdam, 21/10-1/4)


Nederlanders vestigden zich al in de 17e eeuw op Java, maar het duurde tot de 19e eeuw voor men zich er hier voor interesseerde hoe Indië er eigenlijk uitzag. Koning Willem I was de eerste; die stuurde een expeditie de binnenlanden in, met een toegevoegde kunstenaar om schilderijen te maken.
De Belg Antoine Payens was de eerste in een eindeloze reeks schilders die de sublieme en pittoreske pracht van de archipel en de inwoners vastlegden op doek.
Vooral de eerste helft van de 20e eeuw zag een voortdurend komen en gaan van Nederlandse en buitenlandse schilders op Java en Bali. Sommigen waren er geboren en emigreerden uiteindelijk naar Nederland; anderen kwamen, zagen en bleven in Indië.
Het was deze indischisten er vooral om te doen een exotisch, verheerlijkend beeld te geven van typische landschapselementen als vulkanen, flamboyanten en warangins en van cultuurelementen als sawa’s, hanengevechten en hofdansen. Vernieuwend waren ze daarom geenszins, ook al omdat de Nederlandse ambtenaren, die de belangrijkste afnemers waren, daar niet op zaten te wachten. Toch sloop er in de jaren dertig wel wat avant-garde in de weergave van ‘Mooi Indië’.

 

College 2
Van Cleopatra tot Zenobia: Romeins Egypte

18 en 19 januari 2024

(Allard Pierson Museum, 6/10-25/2)

Na vele eeuwen onder de ‘goddelijke’ farao’s werd Egypte achtereenvolgens veroverd door de Perzen, de Grieken en de Romeinen. Laatste Griek op de troon en laatste vorst van Egypte was Cleopatra VII; het land werd een Romeinse provincie, bestuurd door een gouverneur. Net als ze eerder in Griekenland hadden gedaan, hanteerden de Romeinen de oud-Egyptische stijl in Egypte zelf en importeerden ze zowel typische dingen als obelisken en piramiden als plaatselijke cultussen als die van Isis en Apis.
Egypte kreeg echter te maken met het karakteristiek Romeinse realisme, vooral in portretten. Daarvan getuigen vooral de beroemde Fajoem-portretten: natuurgetrouwe weergaven van overledenen op paneeltjes die op de plaats van het gezicht van een mummie werden bevestigd.


College 3
1965. Yayoi Kusama: Stippen tot oneindigheid

25 en 26 januari 2024

(Yayoi Kusama en Nederland, Stedelijk Museum Schiedam -25/2)

Met de stippen waarmee ze in de jaren zestig alles en iedereen onderdompelde in universele liefde, begon de Japanse kunstenares Yayoi Kusama (geboren in 1929) een lange, succesvolle loopbaan in New York, terwijl ze opvallend veel tijd doorbracht in Nederland. Inmiddels is ze teruggekeerd naar haar geboorteland en bouwt ze verder aan haar Infinity Rooms, spiegelkamers waarin we ons een ogenblik een kunnen voelen met de kosmos en een blik werpen in het hiernamaals.


College 4
1650. Humor en Oranje: Adriaen van de Venne

1 en 2 februari 2024

(De omgekeerde wereld van Adriaen van de Venne, Zeeuws Museum 23/9-21/4)

Adriaan van de Venne (1589-1665) uit Delft, van Brabantse afkomst, van 1619-’25 te Middelburg, tekende de prenten voor de Sinne- en Minnebeelden van Jacob Cats en ook voor diens latere werken en die van andere humorvolle moralisten in de 17e eeuw. Ook maakte hij komische paneeltjes waarin de mensen van zijn tijd op de hak worden genomen. Zijn bekendste werk is ongetwijfeld De zielenvisserij, waarin protestantse en katholieke bootjes proberen zielen uit het water te vissen. Op de oevers staan respectievelijk de paus en de Spaanse vorsten met hun dwergen, en de zwartgeklede ketters van de republiek rond Prins Maurits.
Maurits figureert op veel schilderijen van Van de Venne, evenals diens opvolger als stadhouder, Frederik Hendrik, ofwel ‘Mooi Heintje’. Adriaen zette zich volop in voor de Oranje zaak.

 

College 5
1937-47. Max Beckmann in Amsterdam

8 en 9 februari 2024

(Kunstmuseum, 27/1-20/5)

De Berlijnse schilder Max Beckmann maakte furore in de nadagen van het Wilhelminische keizerrijk. Met zijn dienst in den veldhospitaal tijdens de Eerste Wereldoorlog raakte hij volledig ontregeld en vertwijfeld, en vanaf 1917 hanteerde hij een hoogstpersoonlijke variant op het expressionisme. Dat ging goed tot de nazi's de macht overnamen en Beckmanns doeken uit de musea werden verwijderd. Direct nadat zijn werk was uitverkoren op de beruchte tentoonstelling Entartete Kunst vertrok hij uit Duitsland met zijn vrouw Quappi. Plannen om naar Parijs te reizen of door naar New York liepen op niets uit en Beckmann bleef tien jaar in Amsterdam wonen, op het Rokin. In deze tien jaar schilderde hij een derde van zijn uiteindelijke oeuvre, hoewel hij tijdens de Duitse bezetting niet mocht exposeren en geen werk verkopen.
Hij trok zich dus in zijn atelier terug, maar tegelijkertijd legde hij contacten met tal van Duitse emigranten in Amsterdam, zoals Friedrich Vordemberge-Gildewart, Hanna Elkan, Herbert Fiedler, Theo Ortmann, Hajo Rose, Heinrich Campendonk en Wolfgang Frommel.

 

College 6
1933. Kunst in het Derde Rijk

15 en 16 februari 2024

(Arnhem, -24/3)

Wat kunst en bouwkunst betreft waren de nazi's eensgezind: alles wat modern en avant-garde was, was volksfremd en moest verwijderd of vernietigd worden. Over wat daarvoor in de plaats moest komen waren de meningen echter enorm verdeeld. Sommigen hielden vast aan de academische traditie, maar dat was te veel vereenzelvigd met het elitaire keizerrijk. Een objectief, zeer koel neoclassicisme kon Hitler en Speer bekoren, maar Goebbels en de zijnen gaven voorkeur aan een boerenrealisme à la de Russische 'Zwervers', terwijl Himmler weer een mystieke, heidense middeleeuwencultus prefereerde. Zo bestonden ook handenvol verschillende benaderingen van bouwkunst, van megalomane tempelvormen en sobere landhuizen tot blokhutten en graalburchten. De modernen die niet het land verlieten gingen in de innere Emigration.

 

College 7
1600. Duivelskunstenaar in Praag: Roelant Saverij

29 februari en 1 maart 2024

(Mauritshuis 8/2-20/5)

Roelant Savery werd geboren in Kortrijk in een protestants gezin, midden in de Tachtigjarige Oorlog. Toen hij zes jaar was, week de familie  uit naar Haarlem. Enkele jaren later werd hij schildersleerling bij zijn tien jaar oudere broer Jaques in Amsterdam. Daar werkten de broers  samen, tot Jaques in 1603 plotseling overleed aan de pest. Korte tijd later vertrok Roelant naar Praag om te gaan werken voor de Habsburgse keizer Rudolf II, de grootste verzamelaar van zijn tijd. Meer dan tien jaar verbleef Savery in Praag, waar hij zich zou ontwikkelen tot een ongelofelijk veelzijdig kunstenaar. Hij koos zijn onderwerpen uit de wijde wereld om hem heen en specialiseerde zich in bos- en berglandschappen, dierstukken en bloemstillevens. Gedetailleerd bracht hij flora en fauna in beeld, waaronder nieuwe soorten die van over de hele wereld naar Europa werden gebracht. Voor een artistieke duizendpoot als Roelant Savery was het hof van Rudolf II een walhalla. De keizer verzamelde niet alleen kunst en wetenschappelijke instrumenten, maar ook planten en dieren. Rudolf II had een dodo in zijn omvangrijke collectie zeldzame dieren. Of het om een levend of opgezet exemplaar ging, staat niet vast. Roelant Savery heeft de vogel in Praag leren kennen. Hij werd de kunstenaar van de dodo, de eerste die deze vogel schilderde.
In de tuinen bij Rudolfs paleis in Praag kon Savery de wonderen van de natuur zelf bestuderen. In de warme maanden van het jaar stuurde de keizer hem op pad in Tirol om schetsen te maken van het schitterende landschap. Maar hij tekende ook de mensen die hij tegenkwam: boeren en buitenlui, bedelaars en Boheemse soldaten te paard, uitgedost in kleurrijke kleding. Bijzonder zijn de tekeningen die Savery maakte van joodse gelovigen in de Neualtschul, de synagoge in Praag. Ze behoren tot de vroegste eigentijdse voorstellingen van joden.
Roelant Savery was een pionier van het bloemstilleven, een genre dat kort na 1600 tot bloei zou komen in de Hollandse en Vlaamse schilderkunst. Het vroegste geschilderde bloemstilleven van een Nederlandse kunstenaar dat we kennen, is een werk van Savery uit 1603.

 

 

donderdagavond in Huis van de Wijk Lydia, Roelof Hartplein 2a, van 20.00 tot 22.00
vrijdagmorgen in MFC de Binnenhof, A.J. Ernststraat 112, van 10:00 tot 12:00
vrijdagmiddag in het Plein van Siena, Rijnstraat 109, van 12.45 tot 14.45

 

Voor tien colleges betaalt u € 130,- tevoren over te maken op NL67 INGB 0003951370,
ten name van M. Didier, graag met vermelding van de gekozen (hoofd)locatie.

 

Een halve cursus volgen kan ook: voor 5 lessen betaalt u dan 85 euro. Een losse lezing kunt u voor 20 euro bijwonen.

 

 

Een voorbeeld van een online-college vindt u hier. (Vrouwen in Pop Art)
Een voorbeeld van een college, maar dan vooraf opgenomen, vindt u hier. (Fluxus)

terug naar voorpagina

[/vc_column_text][/vc_column][/vc_row][vc_row][vc_column]